2007
Moriyama huis
Toen ik in het huis van Mr Moriyama was om een plek te vinden voor mijn sculpturen, kon ik niet beschrijven waar ik was. Dit was geen gewoon huis, want waar was de voordeur? Waren het soms meerdere huizen, waren het verschillende kamers, waren het eenheden met een speciale functie of waren het ruimtes die hier tijdelijk waren neergezet? Was de tussenruimte een tuin of een kamer. Bevond ik me in een klein dorp of was dit gewoon een stuk grond met een bijzondere bebouwing? Het antwoord hierop werd gegeven, toen ik Mr Moriyama ontmoette, de gastvrije eigenaar: het was een woning, zijn woning.
Er zijn in de Nederlandse taal verschillende woorden, die met woning en wonen te maken hebben en die van uiteenlopende delen van Europa afkomstig zijn. Woorden roepen beelden op. Het woord ‘vertrek’, bijvoorbeeld komt van het werkwoord ‘vertrekken’ en betekent weggaan: dus het ‘vertrek’ in een woning is een plek, die men verlaat. ‘Ruimte’ komt van ‘rooien’ en dit betekent het opruimen van oude takken en het verwijderen van onkruid in een bos om zo een lege plek te maken. Een ‘ruimte’ in een huis is dus een leeggemaakte, open plek. Ook het woord ‘plaats’ duidt op een open ruimte maar dan heel specifiek in de zin van, hier. ‘Hier’ is een plaats die meestal door ruimte omgeven is. ‘Kamer’ is geen Germaans woord, maar komt uit het Latijn van ‘camere’ en heeft te maken met een speciale manier van bouwen door de Romeinen, het gewelf. Het woord ‘huis’ komt ook uit het Latijn en betekent poort of doorgang. Het beroemde boek van Sartre ‘Huis Clos’ gaat over de werkelijkheid die gesloten is en bevrijd moet worden. De herkomst van het woord ‘venster’ leidt naar het oud-Noorse woord ‘vindauga’ oftewel ‘windoog’ (als het Engelse window), een opening in een muur waar de wind door waait. Het woord ‘deur’ is Slavisch afkomstig van ‘dva’, wat twee betekent. Ik moet hierbij denken aan het huis van Wittgenstein in Wenen, waar steeds 2 deuren ruimtes met elkaar verbinden, één deur om open te doen, één om te sluiten. Als ik aan het huis van Mr. Moriyama denk, dan zie ik ruimtes en witte wanden met vensters. Verhoging en verdieping. (Het woord in het Nederlands voor verdieping in de zin van eerste, tweede, derde verdieping betekent diepte zien). De verschillende ruimtes staan met elkaar in verbinding via doorgangen of vensters, het verschil is er soms niet. De tussenruimtes zijn kamers zonder vaste begrenzing en één met het huis. Een plant of een boompje is genoeg om de intimiteit van een kamer op te roepen. In alles is ontvangst: de ene ruimte ontvangt de andere ruimte en de bezoeker is zonder het te merken deel van dit spel van uitwisseling. Ik wilde graag, dat mijn sculpturen hier ook deel van uit maakten. Wonen, in de zin van verblijven, het genieten van bescherming en het hebben van een eigen bestaan, heeft in de Westerse wereld ook een metafysische betekenis. De woning toont het bewustzijn van zijn bewoner. Het huis is de concrete uitdrukking van zijn zelfbewustzijn. Het bouwen van een huis is een planmatige concretisering van het zelfbewustzijn in de tijd. Dit impliceert dat het huis een ruimte is voor de toekomst, een ruimte voor mogelijkheden
Als ik terugkijk op de voorbije zomer in Japan, die ik na het bezoek aan Tokyo en het huis van mr. Moriyama reizend met de trein doorbracht, zie ik in gedachten de vele, kleine huizen in het landschap. Met mijn ogen dwalend over velden, ging mijn blik van huis naar rijstveld, van smalle watersloot naar een kleine betonnen brug en vervolgens naar weer een huis. Ik klopte met mijn ogen op deuren en vond iemand, die op mij wachtte, staande op een smal pad tussen de rijstvelden. Af en toe zag ik een opgerichte grijze steen met tekens. Bewegingloze wolken hingen boven de bergen en in de avond werden de schaduwen van de huizen langer. Het donkere water van de rivier bracht vanuit de verte de nacht in het dal. Ik zag hoe het leven thuis was in de wereld. De beweging van de trein had geen vat meer op mijn waarneming. Ik zette de wereld stil en maakte haar onbeweeglijk. Alles was op een juiste plaats. Natuurlijk zijn er redenen te geven, waarom de wereld is, zoals zij is. Maar van enige rationaliteit in de ordening van huizen, sloten en rijstvelden en de plaats van mensen en dingen hierin, was niets te merken. Het was niet aan de orde. De mensen en de dingen pasten in het landschap en dit was wat ik zag. Alsof het landschap de wereld die in haar verbleef, eerde met een plaats. Het landschap weet, hoe mensen willen wonen.
Wat het land is voor de reizende, is het huis van Mr Moriyama in de stad voor de bezoeker, die zich tijdelijk bij de blijvenden voegt. In beide werelden vond ik eenzelfde openheid, die precies die houvast bood die nodig is om er zich thuis te voelen.
De avond met zijn vele bezoekers ging over in de nacht en het werd stil. Alles bleef mogelijk. Mijn sculpturen vonden net als ik, een plek omdat voor alles een plek is in Mr Moriyama’s House.