Refaat Alareer
Het huis van Refaat Alareer werd, met daarin hij en zijn familie op 3 december 2023 gebombardeerd: hij overleefde de aanslag niet. Het is een terugkerend patroon, de moordaanslagen op Palestijnse schrijvers, wetenschappers, dichters en kunstenaars door de Israelische bezettingsmacht van Palestina. De kracht en de functie van de dichtkunst in de Arabische wereld is groots. Dwars door het geweld van vernietiging en de dominerende propaganda voor de legitimatie van dood en geweld, overheersing en uitroeiing, is er de stem van hen die zich hiertegen verzetten. De Palestijnse dichters zijn verzetshelden; redders van cultuur en propagandisten van het leven.
De coloniale machten hebben met hun overheersing en geweld, zelfs met inzet van hun literaire en artistieke instrumentarium, hun archeologische en theologische vocabulaire, de imperiale geschiedenis beschreven van zichzelf. Daarmee verhinderden zij- of waren zij blind-voor alles en iedereen die daar, waar zij alleen heersten, hun leven leefden. Coloniale bezetters hebben de neiging te denken dat wat zij “ontdekken”, een paradijs is alleen voor hen bedoeld.
De 20ste eeuw zag schrijvers opkomen in deze koloniale gebieden, die met een scherp oog dwars door het imperiale narratief heen keken en de geschiedenissen begonnen te noteren die de machthebbers zich hadden laten ontsnappen. In Latijns Amerika, Uruguay was dit Eduardo Galeano, Pablo Neruda in Chili, in Egypte Naguib Mahfouz, in Palestina Walid Khalidi en Edward Said, in Algerije Frantz Fanon en vele vele anderen. Hun verhalen en analyses creëerden voor de gecoloniseerde volkeren een beeld van zichzelf en het inzicht dat hen die geen stem gegeven was, deze eerst moesten laten klinken voor zichzelf alvorens het verzet tegen de overheersing, ingezet kon worden. Fanon was een psycholoog! En hij schreef het manifest van het verzet. Dit is precies wat al deze schrijvers, dichters en kunstenaars gedaan hebben: telling the story…
In Deel 2 is de tentoonstelling eveneens ingericht rondom de dichters, schrijvers en kunstenaars van Palestina, Libanon en Syrie, die hun verhalen vertellen: verhalen van onderdrukking en boven komen, van moord en overleving, van marteling en trauma, van dood en verdriet, van stilte en ruis, van leegte en leven. De keuze uit de kunstwerken van de collectie is een uitbreiding van deze thematiek: waar in Deel 1 het vroege werk van Henk Visch Right of Speech 1985 met de uitspraak van het ICJ 26.1.2024 in de Genocide zaak Zuid-Afrika tegen Israel centraal stond, is dat nu het werk van Paula Rego The Keeper, 2001/2 met Les Indes Galantes 2017 van Clément Cogitore. Dit rebelse werk uit de Jane Eyre Serie, geïnspireerd op de biografie van Charlotte Bronte Jane Eyre en haar strijd om een rechtvaardig bestaan, vindt aansluiting bij de rebellie van de hip hopdansers in het operawerk van Cogitore. Cogitore heeft het gelijknamige operawerk van Rameau gebruikt voor een hedendaagse kijk op de relatie van het Westen met haar inmiddels bevrijdde coloniale gebieden. Telling the story, het adagium van Refaat Alareer wordt, telling the story again and again, voortgezet, maar dan uitgebreid, veranderd, opdat de stilte ons niet verlamt.